Grensbedragen 2022 voor werken na pensioen
Wanneer zijn er ‘grenzen’?
Wie met pensioen is en nog werkt, mag niet altijd onbeperkt bijverdienen. Dat is alleen het geval:
- zodra hij/zij de wettelijke pensioenleeftijd al bereikt heeft (65 jaar) ,
- of als hij/zij nog geen 65 is, maar wél al een carrière van minstens 45 jaar achter de rug heeft.
Een van de twee voorwaarden volstaat, maar voor bv. een arts of tandarts zal het, gezien de lengte van de studies, de facto om de eerste voorwaarde moeten gaan. Is die niet vervuld, dan mag u niet onbeperkt bijverdienen, maar moet u zich houden aan de wettelijke grensbedragen.
Nieuwe ‘grenzen’ 2022
Deze wettelijke grensbedragen werden geïndexeerd op 01-01-2022 (MB 13.12.2021, BS 21-12-2021). Ze verschillen naargelang van de aard van het pensioen, de leeftijd (vóór of na 65 jaar) en de gezinssituatie (kinderen ten laste of niet). U vindt hieronder de nieuwe (belastbare) bedragen voor een activiteit als zelfstandige.
Toegelaten inkomsten op jaarbasis voor gepensionneerden in 2022 |
||
met kinderlast | zonder kinderlast | |
Jonger dan 65 en rustpensioen | € 10.360 | € 6.907 |
Jonger dan 65 en overlevingspensioen | € 20.102 | € 16.082 |
Min. 65 jaar en overlevingspensioen | € 24.267 | € 19.950 |
Min. 65 jaar en rustpensioen | onbeperkt | onbeperkt |
Uitzondering voor COVID-19-werk
Als gepensioneerde artsen een helpende hand aanreikten tijdens de coronacrisis (bv. in een praktijk of in een vaccinatie- of testcentrum), dan hebben de inkomsten daaruit in principe geen invloed op hun pensioen. Deze inkomsten hoeven – tot 1 juli 2022 – niet meegeteld te worden bij het nakijken van de genoemde grenzen.
Bent u met pensioen en nog geen 65 jaar? De toegelaten grensbedragen waar u zich aan moet houden om geen pensioen te verliezen, werden op 01-01-2022 geïndexeerd.