James Ensor: de man achter de maskers
2024 belooft een groots eerbetoon te worden aan de visionaire Belgische kunstenaar James Ensor, die 75 jaar geleden ons erfgoed verliet. De festiviteiten begonnen in december 2023 met een indrukwekkend stadsfestival in zijn geboorteplaats Oostende. Ensor heeft bovendien een belangrijke band met KBC. Voldoende redenen om Ensorkenner Xavier Tricot en Hildegard Van de Velde aan het woord te laten over de man achter het masker.
Het zijn drukke tijden voor Xavier Tricot. Hij is volop bezig met de laatste teksten voor twee nieuwe boeken over Ensor en in 2024 zal hij ook meerdere tentoonstellingen cureren over de Oostendse kunstenaar. Als beheerder van een van de grootste Ensor-privécollecties in België zijn het ook drukke dagen voor Hildegard Van de Velde, conservator van het Snijders&Rockoxhuis. We legden hen enkele vragen voor over leven en werk van Ensor.
Waarom is er zoveel aandacht voor Ensor?
De vraag waarom zoveel aandacht wordt besteed aan Ensor leidt ons naar zijn persoonlijke reis. Ensor kende een moeilijke start in het conservatieve Oostende, maar dit veranderde tijdens zijn ontmoetingen met invloedrijke kunstenaars in Brussel waardoor zijn artistieke visie transformeerde. Zijn fascinatie voor het licht, groteske karikaturen en maskers, evenals zijn vooruitstrevend gebruik van kleuren, maakte hem een voorloper van stromingen als fauvisme en expressionisme.
Dat kleurgebruik werd voor het eerst duidelijk in de periode 1885-1888 waar Ensor onder invloed van Rembrandt zijn fascinatie voor het licht op een symbolistische wijze vertaalt. In 1888 steekt zijn fascinatie voor het groteske de kop op. Op dat moment deden maskers en geraamten hun intrede in zijn werk. Hij was niet de eerste die dergelijke onderwerpen aansneed, maar hij was wel de eerste die de combinatie ervan in zijn werk liet insluipen. Daarnaast vormden een kritische kijk en karikaturale elementen een vast onderdeel van zijn herkenbaar werk.
Zou Ensor, mocht hij in onze tijd (of vandaag) leven op dezelfde belangstelling kunnen rekenen als op het einde van de 19de eeuw en in de eerste helft van de 20ste eeuw?
Een hypothetische vraag die wellicht ook een hypothetisch antwoord vereist. In het conservatieve Oostende was Ensor geen sant in eigen land. Terwijl zijn collega-kunstenaars prijzen wonnen, werd hij in het begin niet serieus genomen. Het was pas na zijn vertrek naar Brussel dat er een nieuwe wereld voor hem openging. Hij maakte er kennis met het werk van Meunier, Khnopff en Van Rysselberghe. Zijn kleurgebruik veranderde. Hij was een van de eerste kunstenaars om zuivere kleuren te gebruiken. En zoals eerder gezegd maskers. Die maskers waren een manier om de maatschappij een spiegel voor te houden. Moeilijk te zeggen of Ensor in deze tijden eenzelfde kritische houding zou aannemen tegenover koning en parlement.
Onze huidige maatschappij is veranderd, toleranter geworden, maar een samenleving zonder maskers is nu eenmaal niet mogelijk. De kans is dus groot dat Ensor een kritische houding zou blijven aannemen, maar het is moeilijk om te voorspellen tegen welke heilige huisjes hij zou stampen.
Was Ensor zich bewust van zijn unieke plek in de kunstwereld?
In het begin was het zeker niet gemakkelijk om zijn groteske composities aan de man te brengen. Ensor was niet alleen een kunstenaar, maar moest ook navigeren langsheen de uitdagingen van zijn tijd. Zijn gewone figuratieve werk verkocht vlotter, zeker bij de Oostendse bourgeoisie. Nochtans genoot Ensor intellectuele erkenning in Brussel bij o.a. de schrijvers Maurice Maeterlinck en Emile Verhaeren die fan waren van zijn werk. Dat zijn werk snelle opgang maakte blijkt uit het tijdschrift La Plume dat in 1899 zijn eerste tentoonstelling in Parijs begeleidde en waar menig auteur een bijdrage leverde over zijn werk. Toen Ensor merkte dat zijn groteske werken meer in trek kwamen, is hij verder gegaan in deze trend door variaties op hetzelfde thema te schilderen. In 1929 kreeg het publiek voor de eerste maal De intrede van Christus in Brussel te zien tijdens de grootste Ensor-retrospectieve in het Paleis voor Schone Kunsten. Dit revolutionaire kunstwerk maakte indruk door zowel de compositie als het kleurgebruik. In 1987 werd het aangekocht door het J. Paul Getty Museum.
Omwille van de fragiliteit van het doek zal het werk niet meer getransporteerd worden. Wie het nog wil zien, zal moeten reizen naar Los Angeles. Voor de tentoonstellingen in Brussel en Oostende zal men een alternatieve versie tonen van het iconische werk. Een paar jaar geleden werd een karton (ontwerptekening voor een wandtapijt) gemaakt. De kleuren werden ingevuld volgens internationale standaardcodes. Vervolgens werd het tapijt geknoopt met wol en zijde in China.
JAMES ENSOR, PARFUMS PASSÉS, FLEURS FANÉES,1912, OLIEVERF, ZWART KRIJT EN WASCO OP DOEK
©KBC KUNSTCOLLECTIE
Binnen de kunstcollectie van KBC neemt het oeuvre van James Ensor een belangrijke plaats in. Hij was één van de sleutelfiguren van de moderne kunst. Hij haalde zijn inspiratie onder meer bij Bosch en Bruegel. Maar met zijn eigen stijl, die niet onder een of ander -isme thuishoort, was hij ook een influencer voor de kunst uit de 20ste eeuw.
Hildegard Van de Velde, conservator museum Snijders&Rockoxhuis en beheerder kunstcollectie KB
Ondertussen bent u bezig aan nieuwe boeken over Ensor. Is alles al niet geschreven over deze kunstenaar en zijn werk?
We doen nog steeds nieuwe ontdekkingen over Ensor. Zo zorgden de toneelstukjes die opgevoerd werden door studenten om te spotten met hun professoren voor inspiratie. Alles wat Ensor heeft gehoord en gelezen, ook in zijn privéleven, speelde een rol in zijn creaties. Ook tijdens de studie van zijn brieven krijgen we zicht op nieuwe elementen en connecties. Ensor was als een spons die alles rondom hem opzoog en opnieuw vertaalde op een eigen unieke manier. Genoeg interessant materiaal dus om over te blijven schrijven.
Xavier Tricot, Ensorkenner en directeur van het Ensorhuis in Oostende
Naar aanleiding van de tentoonstelling in het Bozar-Paleis voor Schone Kunsten verschijnt bij Lannoo het boek James Ensor, maestro. Xavier Tricot, een van de meest gereputeerde Ensorkenners ter wereld en directeur van het Ensorhuis in Oostende, ging op zoek naar het theatrale in het werk van de schilder. Het resultaat is een bloemlezing van een 100-tal werken. De tentoonstelling is onder andere samengesteld uit werken die nooit eerder getoond werden maar dankzij de medewerking van een aantal belangrijke privéverzamelaars hun weg vinden naar een groter publiek. KBC geeft verschillende belangrijke werken uit haar collectie in bruikleen voor deze tentoonstelling, die tot stand kwam met de steun van Kom op Tegen Kanker.
KBC & Kom op tegen Kanker: samen met “James Ensor. Maestro” voor kankeronderzoek
Kom op tegen Kanker is in Vlaanderen de belangrijkste beweging en fundraiser in de strijd tegen kanker. Kom op tegen Kanker verbindt mensen op vele manieren. En wil dat ook doen via kunst en cultuur. Omdat kunst troostend en helend kan werken en ons perspectief op de wereld positief kan veranderen.
Kom op tegen Kanker is daarom charity partner en samen met het Paleis voor Schone Kunsten|Bozar te Brussel initiatiefnemer van de expo “James Ensor. Maestro”. Een deel van de opbrengst van de ticketverkoop zal worden gedoneerd aan kankeronderzoek.
Op vraag van Kom op tegen Kanker gaf KBC verschillende etsen en schilderijen uit zijn Ensor-kunstcollectie in bruikleen voor deze tentoonstelling. Sinds de oprichting van Kom op tegen Kanker 35 jaar geleden is KBC er altijd bij om de beweging als trouwe partner te ondersteunen. Samen komen we stap na stap dichter bij de droom van een wereld zonder kanker.
Ook als cultuurliefhebber kunt u vandaag uw steentje bijdragen in de strijd tegen kanker: https:/www.komoptegenkanker.be/ensor