18.06.2024

Robots kunnen perfect orders picken in het donker

Om het label ‘Made in Europe’ te behouden, moeten Europese bedrijven steeds sneller, nauwkeuriger en goedkoper werken. Dat kan door vol in te zetten op innovatie, zeggen Dirk Sebrechts en Sabrina Reynen, beide portefeuillebeheerder bij KBC Asset Management. En hoe profiteren beleggers daarvan?

China klopt stevig aan de deur van de hoogtechnologische industrie, stelt Sebrechts. ‘Zeker in de auto-industrie speelt het land al op het hoogste niveau mee.’ Als de concurrentie uit China gepaard gaat met oneerlijke handelspraktijken, moeten er uiteraard handelsbarrières komen, zegt hij, maar het is evenzeer belangrijk dat Europa zijn technologische voorsprong behoudt door innovatie.

Met welke innovaties kan Europa sneller, nauwkeuriger en goedkoper produceren? Automatisering tilt de industrie naar een hoger niveau, zegt Sebrechts, die in Europa verschillende bedrijven ziet die daar goed op inspelen. Hij noemt onder meer het Franse Schneider Electric dat specialiseert in energiesystemen en automatisatie, de Duitse technologiereus Siemens en de Zweedse industriële groep Atlas Copco, die een belangrijke vestiging in Antwerpen heeft. ‘Atlas Copco levert bijvoorbeeld compressoren die essentieel zijn voor stofvrije productie in de halfgeleiderindustrie. Cruciaal voor kwaliteit, ook in de farmaceutische industrie trouwens. Zulke bedrijven heb je nodig om competitief te blijven.’

Minder defecten en verspilling

Steeds meer werk, over alle sectoren heen, gebeurt met geavanceerde robots. Volgens marktonderzoeksbureau MarketsandMarkets bedraagt de markt voor industriële robotica werldwijd 17 miljard dollar, een bedrag dat tegen 2028 naar verwachting verdubbelt. Robots kunnen werken onder gevaarlijke of oncomfortabele omstandigheden, zoals hoge temperaturen, lawaai of vervuiling, zonder moe te worden of fouten te maken. Ze zijn heel precies, waardoor defecten en verspilling verminderen, en kunnen snel schakelen tussen taken.

Technologie is een verlengstuk van de mens. Hoogopgeleide ingenieurs en IT’ers blijven nodig om de machines aan te sturen. De Europese industrie heeft nu al moeite om die vacatures in te vullen.

Dirk Sebrechts, portefeuillebeheerder KBC Asset Management

Automatisering en robotisering betekenen niet altijd de vervanging van mensen. Die laatste blijven nodig om de machines aan te sturen, aldus Sebrechts. ‘Vaak is technologie een verlengstuk. In de chirurgie vervangen robots de chirurg niet, maar maken ze preciezer werk mogelijk. Dat geldt ook voor de industrie. Waar vroeger kleimodellen van auto’s in een windtunnel werden getest, gebeurt dat nu virtueel met technologie van softwareleveranciers als Dassault Systèmes.’
Voor die combinatie van mens en machine zijn hoogopgeleide ingenieurs en IT’ers nodig. De Europese industrie heeft nu al moeite om die vacatures in te vullen. Uitzendbedrijven zoals Randstad, of dataleveranciers zoals Wolters Kluwer spelen daarop in, aldus Sebrechts.
Reynen, ziet die strijd om talent ook in de studentenhuisvesting. ‘In België is bijvoorbeeld vastgoedfonds Xior daarin gespecialiseerd. Het tekort aan studentenkoten is enorm. Als een bedrijf zoals Xior vijfhonderd studentenkoten bouwt, zijn die direct verhuurd.’

Slimme logistiek en magazijnen

Europa wil terug meer productie naar zich toetrekken. 47% van alle Europese bedrijven is effectief bezig met herindustrialisering of reshoring. Maar hoe gaan we die lokaal geproduceerde goederen zo efficiënt en duurzaam mogelijk vervoeren? En waar slaan we ze op?

Slimme logistiek zorgt ervoor dat steeds meer magazijnen volledig geautomatiseerd en duurzaam zijn. Zo worden traditionele gebouwen dynamische ecosystemen.

Sabrina Reynen, portefeuillebeheerder bij KBC Asset Management

Slimme logistiek, biedt een oplossing. Denk aan transportsystemen die onderling onderhandelen over orders en trajecten. Daarbij worden steeds vaker extra lange trucks ingezet, wat meer lading achter één motor betekent. Hun eindbestemming: magazijnen die hun voorraden autonoom in realtime registreren en zelf nieuwe materialen bestellen.

‘Nieuwe magazijnen beschikken tegenwoordig over alle nieuwe technologische snufjes, zoals temperatuurregeling, eigen energievoorziening en laadinstallaties voor elektrische trucks. Zo worden traditionele gebouwen dynamische ecosystemen’, zegt Reynen. ‘In de Verenigde Staten bouwt de logistieke vastgoedreus Prologis magazijnen voor onder meer Amazon, Fedex en Walmart waar zelfs geen mens meer te vinden is. En robots kunnen orders picken in het donker, dus je bespaart ook energie.’

MarketsandMarkets schatte de markt voor geautomatiseerde logistiek vorig jaar op 32,7 miljard dollar, tegen 2028 moet dat al 51,2 miljard zijn. Die cijfers zijn realistisch als je weet door welke hoog performante producten en technologieën slimme logistiek gedreven wordt. De sleuteltechnologie is het industriële Internet of Things, een netwerk van verbonden apparaten, machines en systemen die in realtime gegevens verzamelen, uitwisselen en analyseren. ‘Dat kan de foutenmarge flink verlagen en kosten besparen’, aldus Reynen. ‘Het helpt ook om op basis van meetgegevens preventief te bepalen welke machines onderhoud nodig hebben.’

Baat bij ‘Made in Europe’

Klanten en beleggers hebben baat bij ‘Made in Europe’. Deze certificering biedt hen meer transparantie over de producten die ze kopen en alles wat ermee te maken heeft, zoals de samenstelling, productie en kwaliteit. Omdat alle ‘Made in Europe’-bedrijven aan dezelfde beleidslijnen en regelgeving onderworpen zijn, geldt voor alle producten die ze in de EU verkopen hetzelfde niveau van conformiteit.

Door de kwaliteits- en veiligheidsnormen die de EU heeft opgesteld en aan bedrijven oplegt, groeit ook het vertrouwen van consumenten en beleggers in die ondernemingen. Het is dus een win-winsituatie: het imago van het bedrijf gaat erop vooruit én klanten en beleggers kunnen rekenen op een bepaalde standaard. ‘Mogelijk blijven onze producten in Europa duurder. Maar als we kwaliteitsvolle én duurzamere producten leveren, zouden klanten wel eens bereid kunnen zijn om meer te betalen voor eigen Europese producten’, besluit Sebrechts.