Europese economie verdappert
Met het PMI-bedrijfsvertrouwen voor de maand mei kregen we vandaag een nieuw gezondheidsbulletin over de Europese economie. Vorige maand was het beeld ietwat verdeeld. De activiteit herstelde, door een aanhoudend sterke vraag naar diensten, maar tegelijk liet die sterke vraag bedrijven ook toe hun nog steeds oplopende loonkosten vlot door te rekenen.
Het positieve groeiverhaal van april zet zich in mei zonder verpinken door.
De algemene index verdappert van 51.7 tot 52.3, de derde maand op rij boven 50, de grens tussen groei en contractie, en het beste niveau in een jaar. Niet enkel neemt de activiteit toe, ook de orderboekjes dikken opnieuw aan. Om dit te verwerken nemen bedrijven meer werknemers aan, al blijft die toename tot nader bericht matig.
Bedrijven worden ook steeds optimistischer over de toekomst. De vertrouwensindex noteert ondertussen op het hoogste niveau sinds februari 2022! De dienstensector trekt nog steeds de kar (algemene index 53.3). De activiteit in de verwerkende nijverheid krimpt voor de 14de maand op rij, al wordt de negatieve impact steeds kleiner. Voorlopig bouwen bedrijven nog steeds voorraden van afgewerkte producten af. Het verder oplossen van flessenhalzen aan de aanbodzijde zorgt wel voor een steeds vlottere toelevering. Op zich een bijna perfect beeld. Toch blijven prijsstijgingen hoog. Toegegeven, er is geen bijkomende versnelling, maar zowel inputprijzen als verkoopsprijzen stijgen nog steeds veel forser dan voor de pandemie.
Ondanks een onverwachte terugval in Frankrijk (49.1 van 50.5) blijft de groei dit kwartaal positief. Duitsland is duidelijk aan de beterhand. De algemene index noteert voor de tweede maand op rij boven 50 met een stevige versnelling van 50.5 tot 52.2, het sterkste niveau in meer dan een jaar. Ook hier doet vooral de dienstensector het goed (53.9). De verwerkende nijverheid krimpt nog steeds maar het neerwaarts momentum wordt minder scherp. De rest van de eurozone doet het over het algemeen beter dan zowel Frankrijk als Duitsland. De analyse aansluitend bij het rapport gaat uit van een kwartaalgroei van 0.3% voor de periode april-juni. Voor heel 2024 is een groei mogelijk van 1% of zelfs iets meer.
Naast het PMI-rapport stonden de ECB-statistieken over de onderhandelde loonstijging in de eurozone in het eerste kwartaal op de agenda. Ze bevestigden het mogelijk milder prijsverhaal uit het PMI-rapport niet. Tegen de verwachting in van een beperkte afkoeling versnelde de EMU-loongroei verder van 4.5% in kw4 2023 tot 4.7% j/j. Het rapport zal de aangekondigde ECB-renteverlaging in juni niet tegenhouden, maar toont wel dat de ruimte voor vervolgactie beperkt is. Dit soort loonstijging is op termijn niet compatibel met 2% inflatie.
Europese rentes gleden even uit op het onverwacht zwakke cijfer uit Frankrijk, maar na het sterke EMU-rapport ging het al snel opnieuw hoger, tot 4 bpn. De eerste reactie op de loondata blijft beperkt. Na het USD-herstel gisteren, probeert de euro terug te vechten op het betere EMU groeiverhaal, maar de 1.09 weerstandszone blijft buiten bereik.
EUR/USD: euro profiteert nauwelijks van sterke EMU PMIs.
Hebt u hierover vragen?
Contacteer uw private banker of wealth manager.