Hans Dewachter: Macro-economische uitdagingen en kansen voor Belgische ondernemers

Hans Dewachter: Macro-economische uitdagingen en kansen voor Belgische ondernemers

België is met zijn kleine, open economie erg gevoelig voor ‘schokken’ in de internationale omgeving. Vooral de industriële sectoren die afhankelijk zijn van de uitvoer zijn daardoor kwetsbaar. Dat brengt ongetwijfeld belangrijke en moeilijke uitdagingen met zich mee maar biedt in een aantal gevallen ook kansen.

Hans Dewachter, Chief Economist bij KBC: “Ons basisscenario voor 2024 is er één zonder nieuwe extreme schokken. In zo’n scenario zullen tegen het eind van dit jaar de eerste tekenen van economisch herstel zichtbaar worden. Maar de neerwaartse risico’s voor economische groei blijven wel buitengewoon groot.”

Uitdagende economische omgeving met grote groeiverschillen

De grote economische blokken in de wereld groeien momenteel aan verschillende snelheden. De duidelijke outperformer in 2023 was de VS, met een reële bbp-groei van 2,5%. Die prestatie was vooral toe te schrijven aan de sterk gebleven binnenlandse consumptie en investeringen. China voldeed aan de verwachtingen en overtrof lichtjes de weinig ambitieuze groeidoelstelling van 5% die de Chinese Communistische Partij (CCP) had vooropgesteld. Maar de verhoopte groeispurt als gevolg van de heropening van de economie eind 2022 bleef uit. De eurozone presteerde vorig jaar duidelijk minder goed, met een magere jaargroei van 0,5% voor de muntunie als geheel en zelfs een negatieve groei in Duitsland. België groeide sneller dan de omringende landen en dat ondanks een recessie in de industriële activiteit.

Voor 2024 verwachten we grotendeels hetzelfde beeld. In de VS houden sterke overheidsuitgaven en -subsidies, een versoepeling van de monetaire voorwaarden en een gezonde productiviteitsgroei de bbp-groei boven de 2%. In China drukken de vastgoedcrisis en het verdwijnen van de covid-gerelateerde basiseffecten de economische groei, al verwachten we dat de groei er wel nog boven de 4% zal uitkomen. De Chinese overheid mikt zelf op een economische groei van zo'n 5%. In de eurozone zullen de gevolgen van de energiecrisis en de krappe monetaire voorwaarden geleidelijk aan wegebben en de reële inkomens herstellen, waardoor consumptie en bbp-groei in de loop van het jaar enig herstel zal vertonen. Dat herstel komt wel wat laat op het jaar om van 2024 nog een goed economisch jaar te maken (de verwachte groei in 2024 is 0,5%).

Belangrijke risico’s

Het hierboven vermelde scenario blijft onderhevig aan behoorlijke economische risico’s. Een eerste risicofactor is de onrust in het Midden-Oosten. De Houthi-aanvallen in de Rode Zee hebben belangrijke gevolgen voor de wereldhandel en -economie. Honderden schepen ontwijken gedwongen de Rode Zee en het Suezkanaal en varen duizenden kilometers om Afrika heen – met hogere scheepvaartkosten, verlengde levertijden en verstoringen in de toeleveringsketens tot gevolg.

Op korte termijn zullen die verstoringen niet verminderen en het risico bestaat dat die geopolitieke spanningen meer structureel worden. Moest het Israëlisch-Palestijns conflict extreem escaleren en uitbreiden in de regio, dan is een nieuwe energiecrisis niet uitgesloten. Voorlopig blijft dat eerder een ‘staartrisico’, geen basisscenario waar financiële markten van uitgaan. Ook zijn de prijzen voor gas en olie zijn nog vrij stabiel, weliswaar op een hoger niveau dan voor de pandemie. Enkel de prijs van uranium zit dichtbij recordniveaus.

Dat brengt ons bij een ander risico, namelijk een heropflakkering van de inflatie. De voorbije jaren werden gedomineerd door een heuse inflatiegolf die volgde op de forse stijging van de energieprijzen. Na de inflatieopsprong in de loop van 2022, zagen we in 2023 een ongekend sterke desinflatiegolf. De dalende energieprijzen vertaalden zich in een snelle terugval van de inflatiecijfers, met in België (tijdelijk) zelfs negatieve cijfers in oktober en november. Intussen zijn de prijzen opnieuw gestabiliseerd en we verwachten dat de inflatie terugkeert naar de inflatiedoelstelling van de centrale banken. Nieuwe schokken, bijvoorbeeld in energiemarkten of de dienstensector, worden opnieuw de bepalend voor het toekomstige verloop van inflatie. En dat maakt inflatie opnieuw minder voorspelbaar en meer volatiel. Zo verwachten we voor België opnieuw een lichte stijging.

Als we ervan uitgaan dat er zich geen nieuwe schokgolven op de energiemarkten voordoen, verwachten we voor 2024 een gemiddelde inflatie van 2,1% voor de eurozone en 3,6% voor België. De geopolitieke onzekerheid blijft niettemin als een zwaard van Damocles boven de Europese economie hangen. Een nieuwe stijging van de grondstoffenprijzen kunnen de arbeids- en andere bedrijfskosten opnieuw de hoogte injagen.

Een ander risico voor de wereldeconomie is de economische situatie in China. Na jaren van opzienbarende groei, staat de financieel-economische stabiliteit van het land onder druk. Problemen in de vastgoedsector, schulden in de quasi-publieke sector, inspanningen van westerse bedrijven om hun economie minder afhankelijk te maken van Chinese uitvoer, de vergrijzing en andere structurele problemen zorgen voor ongerustheid over het structurele groeipotentieel van China in de komende jaren. En dat heeft niet alleen gevolgen voor China: als de Chinese economie vertraagt, vertraagt de economische activiteit in heel Zuidoost-Azië met spill-overs naar de rest van de wereld, en dus ook Europa.

Die internationale concurrentie wordt ook nog eens bemoeilijkt door een toenemende subsidieoorlog. Daarbij proberen grote economische blokken, in de eerste plaats de VS en China, via een doorgedreven subsidiebeleid hun binnenlandse industrie te beschermen. Voor Europa is het meer en meer zaak – en dringend ook – om een passend weerwoord te vinden. Er wordt nagedacht over een Europese Industrial Deal die bijkomende steun moet verlenen aan industriële bedrijven in Europa. De recente ‘Antwerp Declaration’, waarbij een groep internationale CEO’s opriep om dringend acties te ondernemen om de Europese concurrentiekracht te herstellen, kadert hierbinnen. Het blijft ook wachten op het Draghi-rapport later dit jaar. Maar het lijkt erop dat Europa op een antwoord broedt tegen het Amerikaans en Chinese subsidiebeleid. Laat ons hopen dat het voldoende slagkracht en duidelijkheid bevat.

Ook vermeldenswaardig en van groot belang zijn de vele verkiezingen die in 2024 gepland staan. De grootste aandacht daarbij gaat naar Donald Trump: het vooruitzicht van Trump 2.0 zorgt nu al voor bezorgde blikken in de ogen van menig politicus. Als Trump wordt verkozen en zijn plannen (deels) kan uitvoeren, kunnen de gevolgen ingrijpend zijn. Zijn tarief- en migratieplan en bedenkingen over de onafhankelijkheid van de centrale bank kunnen de economie uiteindelijk richting stagflatie drijven. Zo lanceerde hij het plan om een invoerheffing in te voeren tot 10% op goederen uit Europa en 60% op Chinese invoer. Bovendien kan Trumps aanwezigheid in het Witte Huis geopolitieke risico's vergroten.

In Europa zijn er dit jaar nieuwe verkiezingen voor het Europees Parlement. Volgens de peilingen zullen die voor een ruk naar rechts zorgen. Dat kan een rem zetten op het klimaatbeleid, de verdere Europese samenwerking en de steun aan Oekraïne, aangezien de rechtse partijen euro- en klimaatsceptischer zijn.

Ook in België zijn er dit jaar verkiezingen. Vermoedelijk stevenen we af op een politieke patstelling met een opnieuw erg lang aanslepende regeringsvorming. Die vindt dan plaats in een context waarbij de Belgische overheidsschuld aan het oplopen is. Zonder sanering van de overheidsfinanciën, aangevuld met structurele hervormingen, doemt de bezorgdheid van de houdbaarheid van de schuld opnieuw op. In zo’n geval stijgt de premie op de schuld, wat kan uitmonden in hogere rentes voor de bedrijven.

Het Belgische bedrijfsleven

Ondanks de energiecrisis en de daaruit voortvloeiende hoge algemene inflatie is de koopkracht van Belgische huishoudens goed gevrijwaard gebleven. De automatische indexatie van de lonen en uitkeringen heeft er samen met de aangehouden banencreatie voor gezorgd dat de consumptievraag in België veerkrachtig is gebleven. Dat is goed nieuws voor bedrijven die de binnenlandse markt bedienen en voor dienstenbedrijven. Bedrijven die voor hun productie afhankelijk zijn van de uitvoer hebben een moeilijker economisch klimaat gekend, met weliswaar een sterke vraag vanuit de VS, maar een sputterende groei binnen de EU en in China.

De combinatie van sterke loonstijgingen door de indexering, opgelopen inputkosten en moeilijkere economische omstandigheden hebben de winstmarges van bedrijven in verschillende sectoren onder druk gezet in 2023. Dat wordt bevestigd door cijfers van de Nationale Bank: in het derde kwartaal van 2023 (laatst beschikbare cijfers) was het aandeel van de winst in de toegevoegde waarde teruggezakt tot het gemiddelde van 2015-2019. Vermoedelijk is daarmee de neerwaartse trend niet gestopt. De meeste bedrijven kunnen de forse kostenstijging van de laatste jaren slechts in beperktere mate in hun verkoopprijzen doorrekenen, omdat dat anders ten koste gaat van hun competitiviteit. Ze zien zich dus genoodzaakt om een deel van de schok op te vangen in hun marges.

Ondanks de uitdagende bedrijfsomgeving hebben de bedrijfsinvesteringen tot het derde kwartaal van 2023 bijgedragen aan de Belgische reële bbp-groei. Wellicht hadden veel van de investeringen betrekking op de nood aan digitalisering en vergroening van de economische activiteit. Uit de halfjaarlijkse enquête van de Nationale Bank blijkt dat de investeringsintenties van de bedrijfsleiders, na een sterke terugval eind 2023, enigszins aantrekken in 2024 in de industrie en stabiliseren in de dienstensector. Vanaf de tweede jaarhelft zullen de financieringsvoorwaarden voor bedrijven en gezinnen wellicht verbeteren, met dank aan de verwachte monetaire versoepeling van de Europese Centrale Bank (ECB). Wij gaan er momenteel van uit dat de ECB in juni de beleidsrente voor het eerst verlaagt met 25 basispunten, wat dan het startschot zal zijn voor een snelle verdere versoepeling van het monetaire beleid. Dat op voorwaarde dat de centrale bank ervan overtuigd is dat de inflatie duurzaam naar 2% zal terugkeren en dat een nieuwe prijsopstoot uitblijft.

Met het oog op de klimaatagenda van de EU en de versterking van het Europese industriële beleid verwachten we in de toekomst vooral meer (publieke en private) investeringen in infrastructuur, duurzame mobiliteit en energie. De precaire situatie van de Belgische overheidsfinanciën kan hier wel voor een rem zorgen, zeker in het kader van de nieuwe begrotingsregels van de EU die vanaf 2024 effectief in werking zullen treden.

Trends om in de gaten te houden

De vergrijzing van de bevolking is een trend die de Belgische economie als geheel, maar ook de bedrijven in het bijzonder, voor heel wat uitdagingen plaatst. De vergrijzing impliceert niet alleen een toenemend aandeel ouderen binnen de bevolking, maar zet ook neerwaartse druk op het aantal burgers op arbeidsleeftijd. De zogenoemde afhankelijkheidsratio (de 65-plussers in verhouding tot de 20-64-jarigen) zal verder toenemen, waardoor er almaar minder (potentieel) actieven zijn die financieel instaan voor de ouderen. Ook dreigt de nu al sterk aanwezige krapte op de arbeidsmarkt verder toe te nemen, wat druk zet op de potentiële werkgelegenheids- en economische groei. Daardoor zijn verdere structurele hervormingen, onder meer inzake de arbeidsmarkt, echt noodzakelijk.

Een andere trend die de toekomstige economische groei allicht zal beïnvloeden, en mogelijks een deel van de oplossing kan bieden voor het probleem van de vergrijzing, is Artificiële Intelligentie (kortweg AI). De recente jaren werd een aanzienlijke vooruitgang geboekt op het gebied van generatieve AI, een technologie die het potentieel heeft om op middellange termijn stevige productiviteitswinsten te genereren. Onderzoek van het adviesbureau McKinsey suggereert dat AI het potentieel heeft om de efficiëntie van bedrijfsprocessen, en dus de productiviteit, te verhogen, alsook om de bedrijfskosten te drukken en via specifieke toepassingen nieuwe groeikansen te creëren.

Al bij al blijft de economische omgeving bijzonder uitdagend voor de bedrijven. We zien een nakend economisch herstel later dit jaar, maar door de fragiele internationale situatie en de komende Amerikaanse presidentsverkiezingen blijven de risico’s bijzonder groot. Die economische situatie weegt vooral op de internationaal gerichte sectoren waar het verlies aan competitiviteit bijzonder voelbaar is een waar de impact van het Amerikaanse en Chinese industriële beleid rechtstreeks voelbaar is. Het Europese beleid kan niet aan de zijlijn blijven staan. Het blijft wachten op het Draghi-rapport dat mogelijks een aantal richtlijnen kan aanreiken van een (hopelijk) gemeenschappelijk Europees beleid. Bedrijven doen er echter goed aan om zelf dubbel in te zetten op innovatie en productiviteitsverhogende investeringen die een antwoord bieden op de vele andere structurele uitdagingen waar het Belgische en Europese bedrijfsleven voor staat, zoals de demografische kanteling, de klimaattransitie of de verder fragmentatie van internationale handel.

Op de website van KBC Economics krijg je meer inzicht in de achtergronden, kerncijfers en de economische realiteit.

Speel kort op de bal met werkkapitaalfinanciering

Economische ontwikkelingen hebben ook een impact op het werkkapitaal van ondernemers. Wil je kort op de bal spelen bij diverse economische en financiële uitdagingen en kansen? Met werkkapitaalfinanciering:

  • Kun je de periode tussen uitgaven en inkomsten vlot overbruggen
  • Heb je altijd een geldreserve ter beschikking
  • Betaal je vlot je leveranciers
Meer over werkkapitaalfinanciering