Stevig herstel Belgische automarkt in 2023 verhult structurele verzadiging
Met maar liefst 2 nieuwe, niet-klassieke salons op Brussels Expo (Brussels Auto Show op 17-21 januari & Automotive eMotion Summit op 20-22 februari) staat de automobielsector de komende weken opnieuw in de spotlight. De fors meer inschrijvingen van nieuwe auto's in 2023 geven de events wind in de zeilen, al blijft dat aantal wel ruim onder de cijfers van voor de pandemie. Opvallend is lopende transformatie richting elektrificatie van het wagenpark.
Meer structureel nadert het autobezit in België een verzadigingspunt, waardoor de autoverkoop vooral door de vervangingsvraag wordt bepaald. Maar wanneer het 'peak car'-moment precies zal worden bereikt, is moeilijk te zeggen en hangt af van zowel demografische factoren als van veranderingen in het mobiliteitsgedrag.
Inschrijvingen van nieuwe wagens nemen fors toe
Volgens cijfers van sectorfederatie Febiac werden in 2023 in België 476.675 nieuwe personenwagens ingeschreven. Dat is een forse toename van 30% tegenover 2022, toen de autoverkoop op zijn laagste niveau sinds 1995 was beland. Ondanks het mooie herstel bleef het aantal inschrijvingen in 2023 wel ruim onder het cijfer van 2019, toen dat aantal piekte op iets meer dan 550.000. Het betere cijfer van 2023 is in een aantal opzichten opmerkelijk en vraagt om verduidelijking en nuancering.
Eerdere productieproblemen drijven inschrijvingen in 2023 op
Eerst en vooral moet het herstel worden gezien in het licht van eerdere productieproblemen in de auto-industrie, onder meer door een wereldwijd chiptekort. Die zorgden voor bijzonder lange levertijden. Veel auto's die in 2022 werden besteld, zijn pas in 2023 geleverd en hebben zo de inschrijvingen in dat jaar opgedreven.
In het verleden viel het verloop van de inschrijvingen van nieuwe auto's doorgaans goed samen met dat van het consumentenvertrouwen (figuur 1). 2021 en 2022 waren daarop een uitzondering. Doorheen 2023 verbeterde het vertrouwen en dat jaar was de gezinsconsumptie een belangrijke motor van de groei van het bbp in België. Het herstel van de auto-inschrijvingen lag daarmee in lijn.
Veranderend mobiliteitsgedrag
Het stevige herstel verrast ook in het licht van het veranderende mobiliteitsgedrag. Hoewel de auto een dominante positie bleef innemen, nam zijn aandeel in het totaal aantal verplaatsingen de jongste jaren af. Volgens het laatste onderzoek van de Vlaamse overheid naar het verplaatsingsgedrag van de Vlamingen zakte dat aandeel van 65% in 2019 tot onder 60% in 2022. Allicht houdt dit deels verband met de beperkingen en naweeën van de pandemie (bijvoorbeeld meer telewerken).
De uitgestelde levering van veel auto's kan de trend van geringere populariteit van verplaatsingen met de auto in 2023 hebben gemilderd of zelfs gekeerd. Dat er nooit eerder zulke zware files waren op de Vlaamse wegen als in 2023 is daar alvast een indicatie van.
Toenemend aandeel geëlektrificeerde auto’s
Verder valt op dat de Belgische markt in 2023 werd gedreven door een toenemend aandeel geëlektrificeerde auto's. Bijna de helft van de vorig jaar in België nieuw ingeschreven auto's waren elektrisch, komende van een derde in 2022.
Concreet hadden plug-inhybride, zelfopladende hybride en volledig elektrische auto's een marktaandeel van respectievelijk 21,0%, 7,6% en 19,3%. Voor benzine- en dieselauto's bedroegen de marktaandelen 42,4% en 8,9%. Het succes van elektrische auto's kan grotendeels op conto van de markt van bedrijfswagens worden geschreven. Ruim 9 op 10 in 2023 nieuw ingeschreven elektrische auto's was een bedrijfswagen.
2 op 3 nieuwe wagens is een bedrijfswagen
Bedrijfswagens waren in 2023 goed voor circa 2 op 3 nieuw ingeschreven auto's. De stijging van het aandeel van bedrijfswagens wordt allicht mee verklaard door de sterke jobcreatie van de voorbije jaren. Een deel van de nieuw aangeworven werknemers kwam in aanmerking voor een bedrijfswagen.
Dat meer werknemers binnen een aangeboden cafetariaplan kiezen voor een wagen kan ook te maken hebben met twijfel over wat nu de beste aandrijving is voor een nieuwe eigen wagen en met de algemeen nog hoge prijs van elektrische auto's. Intussen heeft zo'n 25% van de werknemers met een contract van onbepaalde duur in België een bedrijfswagen.
'Peak car'-moment nadert
2023 mag dan wel een sterke stijging van de inschrijvingen hebben gekend, het aantal bleef wel ruimschoots onder de eerder bereikte pieken. Dat bevestigt dat de Belgische markt aan het stagneren is. Het autobezit en meer bepaald het aantal wagens per 1.000 inwoners ouder dan 18, neemt niet meer sterk toe en de autoverkoop wordt grotendeels gedreven door de vervangingsvraag (figuur 2).
Dat het autobezit zijn verzadigingspunt nadert, is niet verrassend. België behoort immers tot de landen met de hoogste voertuigdichtheid in de wereld. Wanneer het 'peak car'-punt (het maximale aantal auto's dat ooit zal rondrijden) wordt bereikt in België, is evenwel moeilijk precies te zeggen en hangt af van zowel demografische factoren als van veranderingen in het mobiliteitsgedrag.
Een eenvoudige rekensom leert dat bij een ongewijzigd autobezit er in België slechts nood zou zijn aan zo'n 30.000 bijkomende auto's per jaar in de periode tot 2030, als we enkel rekening houden met het toenemend aantal burgers op leeftijd 18+ en los van de vervangingsvraag.
Maatschappelijke, technologische en andere veranderingen kunnen evenwel leiden tot een minder autoafhankelijke levensstijl. Denk maar aan autodelen, telewerken, klimaatverandering, groeiende filedruk, afnemende status en hogere kost van autobezit en een auto-ontmoedigend overheidsbeleid. Uit de mobiliteitsbarometer van Vias Institute blijkt dat vooral jongvolwassenen steeds minder met de auto rijden.
De voorbije halve eeuw werd het toenemend autobezit in België mee gedreven door
- de groeiende welvaart, die gezinnen in staat stelde om meer dan 1 auto te bezitten
- een toenemend rijbewijsbezit
- de hogere levensverwachting bij ouderen, wat die groep in staat stelde om langer te blijven rijden
Deze effecten geraken stilaan uitgewerkt, of zwakken af, waardoor het mobiliteitsgedrag van jongere mensen allicht een groter gewicht in de schaal zal leggen. Mogelijk ligt het 'peak car'-moment daarom dichtbij.